Tijd voor participatie 3.0

Woningcorporaties staan in een traditie van participatie. Ze hebben immers geen winstoogmerk, maar bestaan om mensen met een smalle beurs te huisvesten. Het betrekken van de doelgroep bij die opgave en het beheer van woningen en complexen is daarom wenselijk en normaal.

27 november 2021

Dit betrekken gaat echter niet vanzelf. Corporaties investeren veel tijd en geld in participatie. Toch leidt dit niet altijd tot het gewenste resultaat. Vooral het in stand houden van de formele participatievormen (1.0) kost steeds meer moeite.

Formele participatie (1.0)
Bewonerscommissies zijn langzaam aan het verdwijnen. En misschien is dat maar goed ook. Wanneer ik medewerkers van corporaties spreek over bewonerscommissies, dan hoor ik vooral frustraties: Leden van bewonerscommissies zijn meestal wit en grijs. De achterban wordt niet goed vertegenwoordigd en het eigenbelang staat vaak voorop. Het overleggen kost veel tijd en energie en levert bar weinig op.

Voor de huurdersorganisatie ligt dat anders. Die heeft bij het maken van prestatieafspraken een belangrijke rol gekregen. Corporaties doen er daarom veel aan om de huurdersorganisaties overeind te houden. Ze bieden onder meer ondersteuning door professionals, huren adviesbureaus in om leden te werven en adviezen te schrijven en bieden vrijwilligersvergoedingen. Toch zijn ook veel huurdersorganisaties onderbezet en hebben moeite om alle ballen in de lucht te houden. En vaak zijn er zorgen over de kwaliteit. Vertegenwoordigt de huurdersorganisatie de achterban wel? En leiden de adviezen wel tot beter beleid?

Informele participatie (2.0)
Al zeker tien jaar zetten corporaties naast de formele participatie ook informele participatie (2.0) in. Denk hierbij aan klankbordgroepen, klantenpanels, projectgroepen, zelfbeheer, inloopavonden, enquêtes en dergelijke. Het blijkt dat het met deze participatievormen mogelijk is meer huurders te bereiken. Maar ook dit gaat zeker niet vanzelf. Het aanreiken van de vorm is niet voldoende. Bij bijvoorbeeld zelfbeheerprojecten zie je dat het noodzakelijk is dat een professional aanjaagt en begeleidt. Met name die begeleiding leveren is voor corporaties ingewikkeld. Het gevolg is dat de meeste projecten vrij snel weer doodbloeden.

Participatie 3.0?
Formele participatie (1.0) sterft langzaam uit en met alleen 2.0 aanbieden ben je er niet. Wat is dan wel een participatiemodel dat werkt? Participatie die leidt tot verbinding, tot gedragen beleid en tevreden huurders.

Ik nodig je graag uit daarover mee te denken.

Zelf denk ik dat participatie 3.0 begint bij de corporatie: We leren uit het verleden dat participatie niet vanzelf gaat. De corporatie heeft een belangrijke rol als facilitator, aanjager en begeleider. Door die rol structureel in te vullen ontstaat brede participatie. Door de gewoonte aan te leren plannen en projecten niet eerst helemaal uit te denken, maar snel het gesprek te voeren met huurders, woningzoekenden en belanghebbenden, kom je een heel eind.

Maar hoe je dat precies organiseert, daar ben ik nog niet uit. Want voor je het weet organiseer je weer nieuwe instituties en dan zijn we weer terug bij af.

Wat zijn jouw ideeën? Reageer op dit artikel op LinkedIn of stuur me eens een mail: h.vlaar@vannimwegen.nl