De strategische samenwerkingsbenadering

Samenwerken is het nieuwe toverwoord in corporatieland. Niet zo gek, want veel opgaven zijn complex en vragen om gecombineerde inzet van partijen in het maatschappelijk veld. Maar op welke manier en vanuit welke rolopvatting geef je die samenwerking vorm? Wat doe je wel, wat doet je niet, waar ondersteun je en waarin ben je leidend? Wij merken dat die zoektocht gebaat is bij een goede opgaven- en belangenhebbenden-analyse. In dit artikel kijken we naar de opgavenkant en doen een pleidooi voor de strategische samenwerkingsbenadering.

21 januari 2025

De laatste jaren wordt aan woningcorporaties veel verantwoordelijkheid voor allerlei maatschappelijke opgaven toegedicht. Vaak vanuit de waarneming dat woningcorporaties intensief contact met bewoners hebben: ze komen meer achter de voordeur dan menig andere partij uit het maatschappelijke veld. Niet zelden voelen de corporatiemedewerkers zich eerstelijns zorg- en hulpverleners of welzijnswerkers. Doorgaans zijn ze daarvoor niet opgeleid, maar ze doen het vanuit compassie met bewoners en grote betrokkenheid bij hun werk.

Vanuit breed maatschappelijk perspectief is er veel te zeggen voor terugkeer van de aloude rol als opbouwmedewerker of samenlevingsconsulent in het sociaal domein. Maar vanzelfsprekend is het volgens ons niet dat die bij een woningcorporatie ligt. Zeker als het om intensievere ondersteuning gaat. Het gedijt pas in een goed ontwikkeld of sluitend sociaal zorg- en welzijnsnetwerk met maatschappelijke partijen waaronder niet in de laatste plaats de gemeente. Een netwerk waarin iedere partij zijn of haar verantwoordelijkheid neemt en daartoe ook – qua middelen - in staat wordt gesteld.

De strategische samenwerkingsbenadering
Samenwerking kun je vormgeven vanuit diverse perspectieven en rollen. Wij gebruiken voor het duiden van betrokkenheid bij de opgaven vier of eigenlijk drie karakteristieken in de rolduiding:

  • Leider
  • Partner
  • Ondersteuner
  • Géén

De laatste is in zekere zin een vreemde eend in de bijt. Maar naar ons idee is het héél goed denkbaar dat je als corporatie in een maatschappelijke opgave rondom huisvesting géén rol speelt. Een voorbeeld: als corporatie ga je ervan uit dat als één van jouw bewoners intensieve zorg nodig heeft die niet meer thuis kan worden geboden, opvang of uitstroom naar een verpleeghuis mogelijk is. Die zorg wordt in een intramurale setting geboden, waarin huisvesting in de basis een ondergeschikte functie heeft. Als corporatie investeer je daar niet in, vindt Mario Damen (adviseur bij Vannimwegen).

Laten we het voorbeeld van de zeer relevante maatschappelijke opgave ‘langer zelfstandig thuis wonen’ eens verder uitdiepen. Welke rol speelt een corporatie in die feitelijk door de samenleving of door de Rijksoverheid geformuleerde opgave? Zelf zou ik die rol als ‘partner’ formuleren: je draagt als corporatie zo goed mogelijk bij aan het oplossen van die opgave. Als corporatie kun je zelf slechts op enkele aspecten daadwerkelijk invloed uitoefenen. En voor veel andere dingen ben je afhankelijk van de – professionele – omgeving. De strategische samenwerkingsbenadering geeft ons inzicht inde verschillende rollen:

Als leider
Dan gaat het om het aanpassen van de woning of de woningvoorraad om het mogelijk te maken dat mensen fysiek langer in dat huis kunnen blijven wonen. Hierin ben je als corporatie leidend. De opgave die met toegankelijkheid te maken heeft: woning zonder trap bereikbaar, brede deuren, lage of geen drempels, woonkamer, keuken, badkamer, toilet en tenminste één slaapkamer gelijkvloers, dus op hetzelfde niveau als de voordeur etc. Maar ook de opgave die betrekking heeft op het uitrustingsniveau van keuken, badkamer en toilet met extra voorzieningen is een verantwoordelijkheid van de corporatie. Al dan niet met inschakeling van de Wmo. Gezien de demografische ontwikkeling, de grotere behoefte en het overheidsbeleid ligt het voor de hand dat de corporatie haar woningvoorraad hierop aanpast.

Als partner
Van je architecten/constructeurs/aannemers/leveranciers verwacht je dat ze je bij het vinden van alternatieven om de woning aan te passen, hun kennis en kunde inzetten en slimme oplossingen gebruiken. Dat ze co-maker zijn of worden en op hun manier bij kunnen dragen aan deze maatschappelijke opgave. Vanuit een zakelijke relatie als leverancier.

Als ondersteuner
Of bewoners daadwerkelijk langer thuis kunnen blijven wonen wanneer ze zorgbehoevend worden, is vooral afhankelijk van de zorg en de ondersteuning die hen geboden kan worden in huis. En dan gaat het niet om mantelzorg van familie of buren, maar om professionele, ambulante of verdergaande zorg. Omdat je als corporatie regelmatig achter de voordeur komt, krijg je wel een indruk van wat er gebeurt. Bijvoorbeeld dat iemand moeilijker ter been is, zichzelf niet kan verzorgen of in de war is. Maar het signaal moet je als – medewerker van een – corporatie wel ergens kwijt kunnen: bij de gemeente, bij de zorginstelling, bij een welzijnsinstelling of bij ….. En vervolgens moet je er ook van uitgaan dat de ander het signaal oppakt en adequaat behandelt, en dat jij daar voor verantwoordelijk bent. Uiteraard vraagt dat om sensitiviteit bij een corporatiemedewerker.

Zicht op jouw rol in maatschappelijke opgave helpt
Wij merken in de praktijk dat het op deze manier kijken naar de maatschappelijke opgave - vanuit je geformuleerde visie - helpt bij het scherp krijgen van je opdracht: waarin je wel en niet investeert en waarin je menskracht en middelen wel en niet voor inzet. Doe dat vooral niet als corporatie alleen, maar betrek daarbij ook je maatschappelijke partners. Formuleer de stip aan de horizon: waar wil je als corporatie naartoe? En wie heb je daarvoor nodig? Een doordachte en afgestemde rolopvatting geeft medewerkers een handvat hoe te handelen. En geeft duidelijkheid naar maatschappelijke partners.

Mario Damen

Meer weten?

Mario vertelt je er graag meer over

06 22 24 47 66

m.damen@vannimwegen.nl