Alleen wie doet, mag meedenken

In het boek “De ambachtsman: de mens als maker” van schrijver en filosoof Richard Sennett beschrijft hij vakmanschap als de drijfveer van de mens. Een ‘vakmens’ wil het werk dat hij doet goed uitvoeren omwille van het werk zelf.

11 december 2024

Ook laat hij zien dat in vakmanschap een relatie zit tussen wat het lichaam doet (het uitvoerende werk) en wat de geest vindt (het denkende werk). En dat de mate van kennis van de uitvoering (materiaalkennis), van hoe je het beste iets uit kan voeren (de methode en techniek) en waar je iets uitvoert (de werkplaats) bepalend is voor de kwaliteit van het product of dienst. Een vakman groeit geleidelijk in zijn kennis en vaardigheden. In het doen zit door allerlei feedbackloops het denken verankerd.

Denken losgekoppeld van doen
Hoe anders is dit van de manier waarop we tegenwoordig ons werk organiseren. In steeds meer organisaties (publiek, maatschappelijk, commercieel) is denken en doen losgekoppeld en wordt een hoge mate van flexibiliteit aangemoedigd (elke 3 jaar een andere functie). Ook zijn veel organisaties gericht op korte termijn resultaat (ze zijn ongeduldig) en waarderen organisaties denkers (van managen tot plannen tot het maken van beleid) hoger dan doeners. Tot slot hebben toekomstige managers, bestuurders, toezichthouders en stafleden steeds vaker nooit “met de voeten in de klei gestaan”. Hiermee is het denken in organisaties niet langer gebaseerd op de ervaring van het doen. Veel informatie die uit doen voortkomt ontbreekt in de plannen. En zo blijken plannen “onuitvoerbaar” of leveren ze veel frustratie op bij degenen die ze mogen uitvoeren. Wat verder problematisch is, is dat denkers vaak niet verantwoordelijk worden gehouden voor de uitvoering. Hierdoor komt de kwaliteit van het eigenlijke werk verder onder druk te staan.

Verbind denken en doen
Ik pleit dan ook om denken en doen in organisaties weer sterker te verbinden. Om vakmensen te creëren die geen uitvoerder zijn van een door een ander bedacht plan, maar personen die zelf plannen maken, reflecteren op hun handelen, daar de tijd voor nemen, daar over nadenken en wijzigingen in durven aan te brengen. En die later in hun werkende leven anderen weer kunnen helpen om goed te worden in hun vak. Geef mensen de ruimte om autonoom, betrokken en competent te kunnen handelen waardoor ze ook verantwoordelijkheid willen en durven nemen voor hun totale handelen. Daarmee bevorder je ook nog eens hun geluk. Kortom: Alleen wie doet, mag meedenken. Wat betekent dit voor het inrichten van een woningcorporatie? Wie schrijft dan het ondernemingsplan?

Wie durft het experiment aan?
We zoeken organisaties die onze inzichten herkennen en willen experimenteren. Wie zet met ons een wijkcoöperatie of wijkbedrijf op? Wie durft met ons de transformatie naar een ‘doen boven denken’-organisatie aan?

Heidi Buijtels

Meer weten?

Heidi vertelt je er graag meer over

06 14 64 63 51

h.buijtels@vannimwegen.nl