Meer weten?
Erik-Jan vertelt je er graag meer over.
06 5536 1860
Communicatie zonder fysiek contact heeft bijzondere valkuilen. De ‘feedback’ die je krijgt op informatie die je geeft, is verstoord of zelfs afwezig.
In alle gevallen waarbij sprake is van een onderlinge afhankelijkheid vraagt dat om extra alertheid. Een paar voorbeelden maken het duidelijk. Onzekerheid is troef in deze tijd. Ook bij mensen die stoer zeggen dat ‘ze het allemaal wel zien’. Informatie van ‘de baas’ krijgt ineens extra lading. Je wilt laten zien dat het best goed gaat met je bedrijf en dat je zelfs in aanmerking komt voor overheidssteun. Mensen ‘horen’…we hebben overheidssteun nodig, ook met ons gaat het slecht. Je schrijft geruststellend dat het best goed gaat, maar dat er aandachtspunten zijn. Mensen horen: ‘er zijn aandachtspunten, dat baart me zorgen’.
Onder ‘normale’ omstandigheden zie je aan je gesprekspartner subtiele signalen dat er iets niet goed gaat. Als manager merk je na een ‘zeepkistsessie’ wel hoe een boodschap valt, of je hebt je vertrouwelingen die je een signaal geven dat iets toch gevoelig was. Na een ‘Zoomsessie’ heb je dat soort feedback niet.
De kunst is dus om de ‘onderstroom’ boven water te halen. Dat vraagt een volwassen vorm van ‘meta-communicatie’: een gesprek over de kwaliteit van de communicatie. Het vraagt contact over de kwaliteit van het contact, over de kwaliteit van de interactie, over het gevoel van de ontvanger. Vragen als “Hoe was de informatie voor jou?”, “Wat deed het met je?”, “Hoe zit je er nu bij?”. Voor sommige mensen ‘veel te soft’, voor een manager in deze tijd keihard noodzakelijk om een vinger aan de pols te houden.
Laat je helpen of coachen.
Erik-Jan Hopstaken